Algemene richtlijnen

Het Oud-Katholiek Seminarie is geen seminarie in de traditionele (bijv. rooms-katholieke) zin van het woord. Bij ons bestaan gescheiden verantwoordelijkheden tussen Seminarie en Episcopaat. Het Seminarie, bestuurd door een zelfstandig stichtingsbestuur (het Curatorium), verzorgt de opleiding van oud-katholieke theologen en potentiële geestelijken. De bisschoppen, indien ze daarvoor instemming vinden bij het Collegiaal Bestuur van de Oud-Katholieke Kerk van Nederland, beslissen over wijdingen en (betaalde of onbetaalde) aanstellingen. Starten met de opleiding aan het Seminarie en aanvaard worden als ambtskandidaat zijn dus twee verschillende dingen; het laatste is zaak van de bisschoppen en vindt pas in de loop van het studietraject plaats.

Het Oud-Katholiek Seminarie biedt geen volledige theologieopleiding aan. De structuur van onze opleiding stamt uit de tijd van de ‘duplex ordo’ en nog steeds bieden wij alleen die vakken aan, die specifiek te maken hebben met enerzijds de oud-katholieke kerk en theologie, en anderzijds met de concrete toeleiding tot het functioneren als kerkelijk ambtsdrager. Voorafgaande aan, of gelijktijdig met, de studie aan het Oud-Katholiek Seminarie dient men dus een algemene theologische opleiding te volgen, of te hebben gevolgd. Dit moet een ‘brede’ theologische opleiding zijn met bijbelse, historische, systematische en sociaal-wetenschappelijke vakken. Het heeft onze voorkeur dat men deze studie volgt aan de Tilburg School of Catholic Theology (TST), die zijn hoofdvestiging te Utrecht heeft en die de mogelijkheid biedt tot het gedeeltelijk integreren van de TST- en de OKS-studie.


Het OKS is een door de overheid erkende en medegefinancierde kerkelijke opleiding op universitair niveau. De structuur van de opleiding gaat ervan uit dat na (of naast of geïntegreerd met) een universitaire theologische bachelor en master de vakken van het OKS worden gevolgd. Het curriculum van het OKS draagt dus niet het karakter van een volledige theologische opleiding, maar wordt gekenmerkt door twee met elkaar verweven aspecten: een deel van de vakken heeft betrekking op de oud-katholieke geschiedenis, identiteit en praxis; een ander deel draagt een ‘ambtstoeleidend’ karakter. Zij die reeds pastoraal actief waren in andere kerken en overstappen naar het pastoraat in de Oud-Katholieke Kerk krijgen, afhankelijk van hun vooropleiding, een aantal vrijstellingen, maar volgen niettemin een groot deel van het OKS-curriculum in het kader van hun kennismaking met de oud-katholieke kerk en theologie.

Voor hen die – voorafgaand aan of gelijktijdig met – de studie aan het OKS aan een universiteit studeren voor hun theologische bachelor en master, werkt het OKS samen met de Tilburg School of Catholic Theology (TST). Dit is een rooms-katholieke theologische faculteit met hoofdvestiging in Utrecht (Nieuwegracht). Door deze samenwerking kan een aantal OKS-vakken meetellen binnen de bachelor en master van de TST. Deze gedeeltelijke integratie van curricula dient individueel en tijdig te worden vastgesteld (contact via de rector). Elders behaalde theologische bachelors en masters moeten voldoen aan het criterium van een breed theologisch curriculum, bestaande uit bijbelse, historische, systematische en sociaal-wetenschappelijke vakken.

Het OKS kent twee manieren om het onderwijs te volgen: student en toehoorder. Een student volgt in principe het gehele curriculum, inclusief de onderdelen die specifiek op de ambtsopleiding zijn gericht (zoals het OKSP en de stage), en rondt deze af met de vereiste tentamens, papers, etc. Een student betaalt collegegeld, tenzij men op hetzelfde moment is ingeschreven bij een universiteit en daar collegegeld betaalt. Een student kan zich inschrijven met ingang van een collegeperiode, dus viermaal per jaar. De heffing van collegegeld is eveneens georganiseerd per periode.

Het fenomeen ‘toehoorder’ is bedoeld voor hen (bijv. geïnteresseerde parochianen) die geïnteresseerd zijn in oud-katholieke theologie, maar niet tot doel hebben officieel de OKS-studie te doen. Een toehoorder schrijft zich per collegeperiode in tegen een beperkte vergoeding en heeft daarmee het recht de colleges te volgen, of een deel daarvan, naar eigen inzicht. Een toehoorder kan tijdens de colleges gewoon participeren (hoeft dus niet slechts ‘toe te horen’), zolang dit de bijdragen van de studenten niet overheerst. Een toehoorder doet echter niet mee aan de specifiek ambtstoeleidende aspecten (zoals OKSP en stage) en legt geen tentamens af, schrijft geen papers, etc.

Hoewel het OKS er uit praktische overwegingen naar streeft alle colleges en andere bijeenkomsten te concentreren op slechts één werkdag (dinsdag), omvat het volledige curriculum van het OKS theoretisch een studiebelasting van twee fulltime jaren. De studiebelasting wordt uitgedrukt in ECTS-punten. Alle vakken worden beschreven in het curriculum. Per academisch jaar wordt de helft van het totale aantal colleges aangeboden. Het gehele curriculum is dus te volgen in een aaneengesloten periode van twee jaren. De meeste studenten echter volgen het OKS parttime (bijv. naast de academische theologiestudie en/of naast een baan) en doen dus meer dan twee jaar over de OKS-studie.

Buiten de colleges bestaat als deel van de ambtsopleiding het Oud-Katholiek Studentenpastoraat (OKSP) onder leiding van de studentenpastor, can. drs. Leonie van Straaten. Het OKSP vindt maandelijks plaats op een dinsdagavond van 17.00 tot 21.00 uur in de benedenruimten van de pastorie van de St. Gertrudiskathedraal te Utrecht. Daarnaast vindt een jaarlijkse retraite plaats. Ook heeft de studentenpastor een jaarlijks persoonlijk gesprek met iedere student. De data van het OKSP en de retraite, zoals vastgesteld door de studentenpastor, zijn in het collegerooster opgenomen.

De Seminariedag is de formele opening van het academisch jaar aan het Oud-Katholiek Seminarie. Deze vindt doorgaans plaats op een zaterdagmiddag in september, op wisselende locaties in de bisdommen Utrecht en Haarlem. Tijdens deze middag wordt het openingscollege gehouden. Een kort mondeling jaarverslag van de rector, een korte bijdrage van een van de studenten en muzikale intermezzi behoren standaard tot het programma. Soms wordt een nieuw deeltje uit de Seminariereeks aangeboden, soms wordt de Pascal- of Rinkelprijs uitgereikt, soms draagt het openingscollege het karakter van een afscheidscollege. Aanwezigheid van allen die betrokken zijn bij het OKS is gewenst en wordt op prijs gesteld. Tevens is de Seminariedag vanouds een gelegenheid voor priesters en parochianen om zich te informeren over het werk dat aan het OKS gedaan wordt.

Eenmaal per studiejaar – meestal in mei of juni – vindt een studiereis plaats, die deel uitmaakt van het studieprogramma. Deze studiereis betreft het ene jaar een binnenlandse dagexcursie, het andere jaar een meerdaagse reis naar (doorgaans een oud-katholieke kerk in) het buitenland. Coördinatie: mr. drs. Adriaan Snijders.